Wie is Fatima? Reminiscentie en dementie

Als onderdeel van de jubileumviering van het NOOM werd de workshop “Wie is Fatima?” georganiseerd. Deelnemers aan deze workshop, die werd geleid door Jeanny Vreeswijk-Manusawa waren Cybersook, Nederlands Migratie Instituut, Sevilay Luiken-Dalli, Nehob, Chun Pah, en Shirley Ramdas en Jeanny Vreeswijk

De centrale vraag bij de workshop was:  welk materiaal is er en zouden we kunnen gebruiken om bij oudere migranten met dementie herinneringen in het leven te roepen. Het materiaal hoeft niet alleen voor migranten met dementie geschikt te zijn maar zou ook ingezet kunnen worden  voor oudere migranten in het algemeen,  bij welzijnsactiviteiten die bijdragen aan het zo prettig mogelijk oud worden.  
Voor ouderen die met een beginnende dementie te maken hebben, is het werken met kaarten met vertrouwde afbeeldingen een middel om herinneringen op te halen. In het verlengde hiervan, of indien de dementie in een verder gevorderde stadium is, kunnen ook driedimensionale voorwerpen goed werken. Dit is algemeen bekend, maar voor migranten-ouderen is er nog te weinig materiaal ontwikkeld of beschikbaar. Gaat het om een vergevorderde fase van dementie, dan kunnen geuren toegevoegd worden waardoor herinneringen nog meer gaan leven. Het voorbeeld wordt aangehaald van een Spaans sprekende oudere met afasie die terug ging naar het land van oorsprong en dat daar de taal, de cultuur, maar zeker ook de geuren een positieve invloed hadden op deze oudere.
Historische beelden, de verhalen die beschikbaar zijn in beeld en geluid, kunnen goed gebruikt worden voor ouderen, maar zeker ook voor professionals. Genoemd worden: (bioscoop)films van vroeger, films over een bepaald land/streek uit een bepaalde tijd. Bij de selectie daarvan moet rekening worden gehouden met de achtergrond van de groep migranten ouderen, de tijd waarin dit zich afspeelt en de interesse van de oudere.
Andere ideeën die worden geopperd zijn: het zelf maken van muzikale videoportretten  en het maken van podcasts.
Oudere migranten hechten veel waarde aan de religie. Voor hen kan het belangrijk en steunend zijn om aansluiting hierbij te zoeken. Denk aan (het reciteren) van gebeden/mantra’s.

De Indische schatkist van Stichting Pelita

Hoe kunnen we achter materiaal komen?
Om te weten te komen wat een oudere belangrijk vindt en als het niet meer lukt om die oudere te spreken hierover, is contact leggen met familie noodzakelijk. Zo kom je erachter wat die oudere vroeger leuk heeft gevonden. Zijn er geen kinderen, dan is het de moeite waard om de tijdgeest in beschouwing te nemen.
Je zou ook een oproep kunnen doen om herkenbare voorwerpen ‘van vroeger’, of andere zaken mee te nemen uit herkomstlanden, als je op vakantie gaat bijvoorbeeld.
Wat gemist wordt is een website waar materiaal te vinden is voor oudere migranten met dementie. Vooral het zorgpersoneel maar ook mantelzorgers zouden hierbij gebaat zijn. In de leidraad cultuurspecifieke zorg zal echter een overzicht komen van materialen die ingezet kunnen worden.
Een voorbeeld van wat er al is is de Indische schatkist.

Opgemerkt wordt dat voor thuiswonende ouderen met dementie ook materiaal moet zijn. Want migrantenouderen met dementie blijven langer dan noodzakelijk thuis wonen.

Wat kan zorgpersoneel doen?
Van het zorgpersoneel verwachten wij dat er aandacht is of eigenlijk dat men zich bewust moet zijn dat deze ouderen niet hier geboren zijn en dus een ander verhaal hebben. Ga aan de slag met dat verhaal. Levensverhalen en een stamboom maken. Kom zo er achter wat er belangrijk is voor de persoon.  Het NOOM kan handvatten leveren dus je hoeft het niet zelf uit te vinden.
Diversiteit op de werkvloer is belangrijk, maar houd in gedachten dat ook personeel met eenzelfde migratieachtergrond uit een andere generatie afkomstig is. Er is een generatiekloof waardoor ook zorgpersoneel duiding nodig heeft. Dit is heel belangrijk voor de palliatieve fase waarin migranten ouderen komen te verkeren. Opleidingen zullen in hun curriculum migranten met dementie moeten opnemen want deze groep zal groeien. Opgemerkt wordt dat het ook belangrijk is de ‘onzichtbare ouderen’ zoals de Chinese en ouderen uit de Suryoye groep niet te vergeten.