86 procent ouderen maakt zich zorgen over ouderenzorg in toekomst

Deze week verscheen het ambtelijk rapport ‘Niets doen is geen optie’. Dat gaat over de noodzaak tot ingrijpende veranderingen om de betaalbaarheid en beschikbaarheid van de ouderenzorg te behouden. Ook ouderen zelf maken zich zorgen. Dat bleek uit het onderzoek van het Nationaal Seniorenpanel in opdracht van seniorenorganisatie KBO-PCOB.  ‘Wie zorgt er straks voor u?’, deze vraag stond in het onderzoek centraal. De onderlinge bereidheid van ouderen om elkaar te helpen is groot. Veertig procent van de 65-plussers helpt op dit moment weleens een andere oudere in de directe omgeving. Dat varieert van koken en boodschappen doen tot persoonlijke en medische verzorging. Maar liefst 88 procent van de ouderen is bereid om een ander te helpen. Ingrid Rep, directeur KBO-PCOB: “De wil om elkaar te helpen is er dus absoluut maar we weten dat er grenzen zijn aan dat wat mensen kunnen. Ook het aantal mantelzorgers neemt af.”

Lees het volledige bericht op de website van de ANBO

Grote uitdagingen voor ouderenzorg in de toekomst

Hoe kunnen we de zorg voor ouderen ook straks op peil houden, met de toenemende vergrijzing? En hoe blijven senioren zo lang mogelijk zelfstandig? Het kabinet heeft hiervoor een plan gemaakt en NOOM kan zich in de toekomstvisie vinden. Maar er zijn nog wel wat punten die serieus aandacht verdienen.
ANBO heeft samen met de andere partners uit de Seniorencoalitie (KBO-PCOB, Koepel Gepensioneerden en NOOM) een reactie gemaakt op dit plan van minister Conny Helder, dat officieel het programma Wonen, Ondersteuning en Zorg voor Ouderen (WOZO) heet.
De Seniorencoalitie is het met de minister eens dat er grote veranderingen op stapel staan. De ouderen van nu hebben andere wensen, de groep ouderen stijgt hard en de personeelstekorten in de zorg worden steeds groter. De zorg en ondersteuning voor senioren zoals we dat nu kennen, is niet houdbaar in de toekomst.
Vanwege de grote veranderingen is het van belang om de meest  kwetsbare ouderen, waaronder een grote groep migrantenouderen, hierop voor te bereiden. Daarvoor is een extra inzet vereist. Het NOOM is bereid om daaraan, in goed overleg met het ministerie, een bijdrage te leveren.

De minister stelt als nieuwe norm: zelf als het kan, thuis als het kan, digitaal als het kan. Het is volgens de ouderenorganisaties een goed uitgangspunt, maar alles hangt wel af van de uitvoering. De praktijk blijkt vaak weerbarstig. Vrijwel iedereen wil graag zo lang mogelijk zelfstandig blijven. De vraag is wel of er voldoende zorgplekken zijn voor mensen die (nog) niet in aanmerking komen voor een plaats in een verpleeghuis, maar die wel intensieve zorg nodig hebben. Waar kunnen zij terecht?
De vraag naar intensieve zorgplekken is nu al veel groter dan het aanbod en zulke plekken zijn niet van de ene op de andere dag gerealiseerd. De ouderenorganisaties vinden dat de minister nu al met (tijdelijke) maatregelen moet komen om de druk te verlichten. Anders vallen te veel kwetsbare mensen tussen wal en schip.

De minister wil verder flink investeren in welzijn. Dat is een goed streven, maar welzijn is vooral een taak van gemeenten. De Seniorencoalitie vraagt zich af hoe de rijksoverheid ervoor kan zorgen dat welzijnsvoorzieningen in de wijken worden gerealiseerd. We merken dat het nu al vaak niet makkelijk is om burgerinitiatieven van de grond te krijgen.
Het NOOM onderschrijft de observatie in het programma dat levenshouding en andere culturele achtergrond een specifieke aanpak kunnen vereisen en wijst in dit verband op het belang van een cultuurspecifieke aanpak voor migrantenouderen.

Een ander belangrijk punt in het WOZO-programma is het realiseren van 250.000 nieuwe woningen voor senioren. Daarbij kan het gaan om gelijkvloerse woningen en nieuwe woonvormen. Dat is wat de ouderenorganisaties betreft een grote stap in de goede richting, aangezien er een groot tekort is aan passende woningen voor ouderen.

Daarnaast wil de minister dat er meer gebruik wordt gemaakt van technologie, van nieuwe digitale oplossingen. Die bieden volgens de Seniorencoalitie veel mogelijkheden, maar het is wel van groot belang dat er oog blijft voor de groep die niet of weinig digitaal is. Digitale oplossingen, zoals beeldbellen met een zorgverlener, moeten worden aangeboden als mogelijkheid, maar mogen niet dwingend worden opgelegd. Kortom, niet alles is maakbaar. Langer zelfstandig thuis en gebruik maken van digitale toepassingen is niet voor iedereen weggelegd. Niet iedereen heeft een goed netwerk of kan zelf een oplossing zoeken voor een probleem.

Ook pleit de Seniorencoalitie voor een betere ondersteuning van mantelzorgers en betere arbeidsvoorwaarden voor zorgprofessionals. Want zonder hen stort het hele systeem in.

Deze punten heeft de Seniorencoalitie opgeschreven in een brief aan de Tweede Kamer. Lees hier de brief

Nieuw programma ouderenzorg: meer digitaal, meer thuis en meer eigen regie

De manier waarop we in Nederland oudere mensen verzorgen en ondersteunen moet snel veranderen. Daar zijn de verschillende partijen in de ouderenzorgsector het over eens. Vandaag, 4 juli, klinkt daarom het startschot voor het programma Wonen, Ondersteuning en Zorg voor Ouderen (WOZO). Het programma WOZO bestaat uit verschillende maatregelen, initiatieven en projecten om ervoor te zorgen dat de ouderenzorg ook in de toekomst blijft passen bij wat ouderen willen. En om ervoor te zorgen dat, gezien de grote schaarste aan personeel en de stijgende zorgvraag, de ouderenzorg ook in de toekomst goed georganiseerd kan worden. Om die transformatie te ondersteunen, trekt het kabinet ruim 770 miljoen euro uit.
Met het WOZO-programma leggen de verschillende partijen uit de ouderenzorgsector een nieuwe norm vast: zelf als het kan, thuis als het kan en digitaal als het kan. De partijen in de ouderenzorg werken toe naar ouderenzorg en – ondersteuning waarbij ouderen zo veel mogelijk zelfredzaam zijn door zo nodig (opnieuw) aanleren van vaardigheden, fit blijven, hulpmiddelen gebruiken en hulp uit de omgeving.
Ook wordt het uitgangspunt dat zorg digitaal wordt geleverd als dat kan. Of het nu gaat om beeldbellen met de wijkverpleegkundige, een robotje dat je met een stem herinnert aan het innemen van medicatie of een sensor die de verpleegkundige alarmeert als je bent gevallen; innovatie kan de kwaliteit van zorg verhogen en zorgverleners ontlasten.
En tot slot is het uitgangspunt om thuis te wonen, tenzij dat niet meer kan. Daarvoor moeten er geschikte woningen voor ouderen beschikbaar komen en moet er goede, passende zorg aan huis geleverd worden. Het doel van het WOZO-programma is om de komende jaren een verandering op gang te brengen waardoor deze nieuwe norm in heel Nederland werkelijkheid wordt.
Nu het programma van start is, werkt het ministerie samen met de partners, waaronder ook het NOOM, de verschillende maatregelen en initiatieven uit die onder het programma vallen. Zo komt er een subsidieregeling om woningen te realiseren waar ouderen en jongeren samenwonen, zogenaamd intergenerationeel wonen. Ook komen er coaches die zorginstellingen helpen om technologische innovaties goed in te zetten en op te schalen binnen hun organisatie en een subsidieregeling voor de inzet van gezondheidstechnologie thuis.
Samen met de minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening is het doel om tot en met 2030 speciaal voor ouderen 170.000 nultredenwoningen en 80.000 geclusterde woningen te bouwen of te verbouwen, als onderdeel van de totale nieuwbouwopgave in het programma Woningbouw. Ook wil minister Helder 50.000 woningen voor ouderen met een meer intensieve zorgvraag realiseren.. Verder wil het WOZO-programma verschillende regels en afspraken aanpassen om ervoor te zorgen dat zorg zo goed mogelijk thuis kan worden georganiseerd, en worden er communicatieactiviteiten ontwikkeld om ouderen te helpen zich voorbereiden op ouder worden. Voor alle acties die onder het programma vallen, zie de brief die hierover naar de Kamer is gestuurd.

SCP: deel van thuiswonende ouderen ontvangt te weinig passende zorg

Een deel van de thuiswonende ouderen ontvangt niet of te weinig passende zorg, zegt het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) in een vandaag verschenen rapport. Ruim 1,2 miljoen 75-plussers wonen in Nederland zelfstandig. Over het algemeen redden zij zich goed, maar een deel wordt belemmerd door ‘hardnekkige’ knelpunten.
De overheid wil dat ouderen langer thuis blijven wonen, maar een deel komt daardoor in de knel, schetst het SCP in dit rapport. Sommige ouderen voldoen soms (net) niet aan de voorwaarden om zorg of ondersteuning te krijgen, terwijl anderen moeite hebben om passend aanbod te vinden.Ook staan sommigen niet goed op de radar van professionele hulpverleners, terwijl ze wel zorg nodig hebben. Financiële redenen kunnen daarbij een rol spelen, maar ook de wens om zelf regie te houden.”Het zorgstelsel voor ouderen is zo ingewikkeld dat het moeilijk is om een volledig overzicht te krijgen van de verschillende zorgdomeinen en welke geldpotjes er allemaal zijn”, zegt Inger Plaisier, onderzoeker bij het SCP.
Het NOOM is geraadpleegd bij dit onderzoek en heeft een aantal knelpunten die door het netwerk zijn gesignaleerd aan de onderzoekers doorgegeven.

Lees meer op de website van de NOS
Download het rapport ‘Passende zorg voor ouderen thuis’

Ouderenbonden en patientenorganisaties spreken informateur

27 mei schoven de vertegenwoordigers/woordvoerders van Koepel Gepensioneerden, Seniorenorganisatie KBO-PCOB, ANBO, Landelijke Cliëntenraad (LCR), Patiëntenfederatie Nederland, Alzheimer Nederland, Raad voor Ouderen en Netwerk NOOM aan bij informateur Mariëtte Hamer. Voor het NOOM vormde onze reactie op de dialoognota over de zorg in 2040 (https://lnkd.in/gvN5E-q) de basis van ons betoog om aandacht te vragen voor het verkleinen van de tweedeling in de samenleving en te pleiten voor meer ruimte voor diversiteit: “Maak die aandacht vanzelfsprekend in plaats van bijzonder”. Toen de informateur vroeg wat er direct zou moeten gebeuren waren de andere prioriteiten vanuit het NOOM aan de beurt:
– aandacht en ruimte in buurten en wijken voor migranten zelforganisaties – niet verschuilen achter ‘geen doelgroepenbeleid’ maar echt gaan voor zorg op maat
– verpleeghuizen met cultuurspecifieke zorg in plaatsen waar veel migrantenouderen wonen moet vanzelfsprekend zijn
– ondersteuning is nodig in het traject van thuis naar het verpleeghuis
– zorgwetten moeten meer aanvullend op elkaar zijn (zachtere schotten tussen de wetten)
– de zorg moet toegankelijker gemaakt worden voor migrantenouderen.
Hoe mooi ook dat andere NOOM-prioriteiten door de collega’s van de andere ouderenorganisaties werden geagendeerd, zoals het afschaffen van de kostendelersnorm of meer/betere ondersteuning van vrijwilligers en mantelzorgers, ook financieel. We zijn meer dan trots dat we in dit stadium van de kabinetsformatie de urgentie die vereist is m.b.t. migrantenouderen naar voren hebben kunnen brengen, alsook dat we daarin werden ondersteund door de andere organisaties. Hiermee wordt voor het eerst de algehele problematiek van migrantenouderen en de urgentie die deze vereist meegenomen als thema voor een kabinetsformatie! Een belangrijke stap op weg naar concrete en tastbare oplossingen voor migrantenouderen hopen we.

‘Ouderenzorg moet meer aandacht hebben voor uitsluitingsmechanismen’

Er zijn steeds meer ouderen in Vlaanderen met migratieroots. Maar dat is niet terug te zien in  woonzorgcentra. Onderzoeker Saloua Berdai pleit daarom op Sociaal.net voor een proactief beleid in de ouderenzorg en meer aandacht voor onzichtbare uitsluitingsmechanismen zoals racisme.
Een van de cruciale vaststellingen uit haar onderzoek is dat er behoefte is aan een proactief beleid om voor ouderen met een migratieachtergrond een kwalitatief aanbod te creëren in de woonzorgcentra.
Een proactief beleid vraagt echter om een gunstige context en een positieve mindset. De context waarbinnen woonzorgcentra moeten manoeuvreren bepaalt mee hoe meer cultuursensitief werken in de praktijk vorm krijgt. En die context is op dit moment op zijn minst uitdagend te noemen.
De ouderenzorg heeft met grote problemen te kampen: onderfinanciering, personeelstekort, veel veranderingsprocessen, en recent de coronacrisis. Schakelen naar de positieve mindset waarbij woonzorgcentra ook aandacht schenken aan een kleinere, onzichtbare groep ouderen met migratieroots, wordt dan als te veel van het goede ervaren.
De conclusies en aanbevelingen in het onderzoek van Berdai gelden voor Vlaanderen, maar zijn veelal ook toepasbaar op de Nederlandse ouderenzorg.
Lees het artikel op Sociaal.net

Reactie raad van Ouderen op nota ouderenzorg 2020-2040

Het ministerie van VWS publiceerde in februari de dialoognota Ouder worden 2020-2040 die dient als voorbereiding van een visie op de toekomst van wonen, welzijn, ondersteuning en zorg aan ouderen. Het document is bedoeld als een startpunt voor dialoog met organisaties de betrokken zijn bij zorg en welzijn voor ouderen. In een reactie op de nota vraagt de Raad van Ouderen onder meer om extra aandacht voor de diversiteit binnen groepen ouderen en wijst daarbij specifiek op de kwetsbare positie van migrantenouderen. “Dé oudere bestaat niet. Binnen de categorie ouderen is sprake van een enorme diversiteit. Aan de ene kant staan vitale, geëmancipeerde ouderen met een sterk sociaal netwerk en met een goed inkomen in een royale woning; zij kunnen heel goed invulling geven aan de eigen verantwoordelijkheid en regie. Aan de andere kant staan ouderen die het veel minder goed hebben wat betreft gezondheid, gezondheidsvaardigheden, sociaal netwerk en inkomen. Een deel van hen heeft een inkomen net op of zelfs onder het bestaansminimum. Hiertoe behoort een grote groep migrantenouderen. Tussen deze twee uitersten bevindt zich een groep die slechts tijdelijk of op een enkel terrein ondersteuning behoeft”. Lees meer

Een nieuwe generatie ouderen, langer thuis

De conferentie ‘Een nieuwe generatie ouderen langer thuis’ verbindt sinds 2015 jaarlijks inzichten uit praktijk, wetenschap en beleid rond ouderen(zorg) aan elkaar. Op de conferentie staan ouderen zelf, met hun eigen levensverhaal, centraal en heeft als doel zorgprofessionals, ouderen, mantelzorgers, wetenschappers, beleidsmakers en anderen die op bij ouderenzorg betrokken zijn te inspireren door interessante praktijkvoorbeelden aan te dragen en te discussiëren over belangrijke onderwerpen met betrekking tot de ouderenzorg. Videoverslagen van de conferentie van het afgelopen jaar (25/11/2020) zijn nu hier te bekijken. Lees meer